Het vergt heel wat van de elektrische capaciteit van je huis om een elektrische auto (EV) op te laden. Dat laadproces kan zomaar meer dan de helft van de privé elektriciteitsnet gebruiken. Andere grote stroomverbruikers zoals een inductiekookplaat of een boiler kunnen er dan al snel voor zorgen dat je huis-stroomnet wordt overbelast. En je wilt natuurlijk niet dat alles eruit klapt op het moment dat jij gaat koken of het bad vol laat lopen.
Om te voorkomen dat dit gebeurt, beschikken sommige laadpalen over de functie load balancing, kan vaak ook als accessoires bij een thuislader besteld worden. Daarmee wordt overbelasting van het elektriciteitsnet bij je thuis voorkomen. Er wordt elke seconde gemeten hoeveel stroom er wordt verbruikt en als het totale stroomverbruik een bepaalde kritische grens nadert, grijpt het systeem in. Er wordt dan even minder elektriciteit naar de grootste verbruiker gestuurd, je EV. Daardoor zal het opladen iets meer tijd vergen. In geval van nood kan het laadproces ook volledig worden onderbroken. Maar het werkt ook de andere kant op: als er in huis weinig stroom wordt verbruikt, wordt een groter deel van de stroom richting je EV gestuurd.
Load balancing is overigens ook heel handig als je meerdere EV’s tegelijk moet laden. Je kunt namelijk instellen welke auto prioriteit heeft bij het laden, zodat die als eerste weer beschikbaar is.
Het gehele load balancing-proces verloopt op dynamische wijze. De laadpaal houdt rekening met de overige stroomverbruikers thuis waardoor de stroomafname én ook de laadsnelheid verschilt. Zodoende wordt er vaak overdag, als er thuis veel stroomverbruikers zijn ingeschakeld, minder stroom naar de laadpaal gestuurd, terwijl er ’s nachts juist meer elektriciteit beschikbaar is voor het laden. Op deze manier ben je altijd verzekerd van het snelst mogelijke laadproces, zonder dat je hier rekening mee moet houden bij het gebruik van de stroomverbruikers in je huishouden.
Is load balancing echt nodig?
Op zich is het geen must, maar het zorgt wel voor meer veiligheid. Daarbij ligt het er natuurlijk ook aan welke grote stroomverbruikers je allemaal in en rond je huis hebt, zoals een jacuzzi of een warmtepomp. In dat soort situaties is het echt wel verstandig om over een systeem te beschikken dat de krachten verdeelt. Ook het stroomverbruik van het laadstation is bepalend bij de keuze of je wel of niet voor load balancing gaat, laden met 3,7 kW vergt immers een stuk minder van je eigen net dan een lader die met 22 kW werkt. Als je elektrische auto met 22 kW kan opladen en je hebt een 22 kW laadpaal thuis, dan moet je eigenlijk altijd wel met een load balancer werken om te voorkomen dat je meterkastgroep van je laadpaal uitvalt.
Load balancing is overigens ook heel handig als je over zonnepanelen beschikt, want deze functie houdt rekening met de opbrengst daarvan. Het systeem kijkt hoeveel stroom beschikbaar is van zonnepanelen en als het bijvoorbeeld bewolkt wordt, wordt deze stroom automatisch aangevuld met netstroom als dat nodig is om de EV op het gewenste moment volledig te hebben opgeladen.
Veilig én kostenbesparend
Load balancing kan dus stroomstoringen voorkomen en zorgt zodoende voor meer veiligheid, maar er is ook nog een kostenbesparend effect. Door voor load balancing te kiezen, is het namelijk niet nodig om je meterkast te verzwaren en zo aan te passen voor hogere stroomniveaus. Dat kan honderden euro’s per jaar besparen omdat voor een verzwaarde meterkast jaarlijks een hoger vastrecht in rekening wordt gebracht. Om nog maar te zwijgen over de aanschaf- en installatiekosten van zo’n meterkast. Ter vergelijking: een laadpaal die over een load balancing-functie beschikt, is zo’n 150 tot 250 euro duurder dan een laadpaal die geen load balancing heeft. Wat ons betreft, is dat een verantwoorde investering gezien het hogere veiligheidsniveau.